We naderen de top van de hoogste vulkaan. En belanden in de mist die we het laatste uur boven onze hoofden zagen hangen. Met een zicht van enkele meters zoeken we de eerste afdaling die ons toegang geeft tot de supersmalle kloof. In mijn hoofd overloop ik nog eens de hele canyon, probeer in te schatten waar de ontsnappingsroutes zijn en te voorspellen hoe het weer zal evolueren. Het is uitdagender dan de canyons in Europa en ik ben in m’n element. Wat een idee, met mijn vriendin gaan canyoningen op twee vulkanische eilanden…

Europa aan de andere kant van de wereld

Martinique is een vulkanisch eiland in de Caraïben, maar eigenlijk behoort het als Franse kolonie tot Europa. La Réunion is ook vulkanisch en Frans, maar dat ligt voor de kust van Madagascar in de Indische Oceaan. Allebei aan een andere kant van de wereld dus. Er zit dan ook een dik half jaar tussen beide trips. En wat corona-perikelen… Maar wat een prachtige omgeving om te gaan bergsporten, vooral voor canyoning. Erg nauwe kloven, dichte tropische begroeiing – denk Indiana Jones – , verlaten en moeilijk bereikbare canyons, warm water, indrukwekkende afdalingen… Twee keer Canyon Paradise. 

Volg die rivier!

Canyoning is een bergsport waar je door een kloof de loop van een rivier volgt. Het is een mix van klauteren, springen, touwtechnieken, afdalen, zwemmen, oriëntatie, hiken en zoveel meer. Op mijn zeventien, op scoutskamp in de Spaanse Pyreneeën, ontdekte ik, samen met mijn liefde voor andere bergsporten, canyoning. Veel opleidingen en avonturen volgden. Een aantal jaar later was ik zelfs aan de slag als hulpgids. Toen kwam de drukke fase in ieders leven waar je moet kiezen tussen toffe dingen doen die geen geld opbrengen en toffe dingen doen waarmee je wel in een bestaan kan voorzien.

Mijn canyoningkennis en -ervaring verwaterde en op de paar dagen verlof waar we kozen voor een canyonafdaling was het met een ingehuurde lokale gids. Dat wrong toch een beetje. Maar kijk, een vijftal jaar geleden kwam er terug meer tijd beschikbaar. Dus begon ik van voor af aan met een opleiding als zelfstandig canyoneer bij een Vlaamse organisatie. Intussen heb ik mijn diploma en zit ik meerdere weken per jaar in die uitdagende omgeving. Mijn al even avontuurlijke vriendin was snel mee in het bad getrokken. Het is immers een activiteit die je met de juiste kennis en materiaal makkelijk met twee kan beleven. België is geen land voor bergsporten, en canyoning is dan ook enkel te beoefenen in de betere berggebieden van Europa en de rest van de wereld. In Europa zijn de Spaanse Pyreneeën en de Alpen grote speeltuinen.

Martinique, c’est chic!

Twee inactieve vulkanen vormen het Caraïbische eiland Martinique. De Montagne Pelée is slechts 1397 meter hoog en de Pitons du Corbet niet eens twaalfhonderd meter hoog. Van noord tot zuid van het eiland is het geen zestig kilometer. Gaan we ons hier wel tien dagen kunnen bezighouden? Naast canyoning en gewoon hiken zijn er ook een paar kitesurfparadijzen en mooie natuurgebieden. Dankzij internet vind ik mooie topografieën en ik maak een selectie.

De eerste die we induiken is een kleine, makkelijke canyon. Ik wil zien in welke staat de ankerpunten zijn en of de topo’s betrouwbaar zijn. Dat blijkt allemaal goed mee te vallen. Vol vertrouwen starten we op dag twee één van de grootste en mooiste canyons van Martinique. Op de Montagne Pelée, die dus – zoals ik eerder schreef – begint in de mist. Een hoop waarschuwingsbellen gaan af, maar ik evalueer de risico’s als beheersbaar. De Bras de l’Aileron blijkt inderdaad een supermooie, nauwe, tropische canyon. We genieten volop van het avontuur en de omgeving. We komen niemand tegen. Dat durft in Europa wel eens anders te zijn.

Afslag gemist, neem hoofdlamp

We zijn gerustgesteld door de goede ervaringen en beslissen als derde canyon ‘Ravine Bouc’ te nemen. Omschreven als ‘très aquatique’, enkel de route naar het begin van de canyon is nogal moeilijk in te schatten. Je zou denken dat in deze moderne tijden het evident is om online een gpx-file te vinden, maar dat valt dik tegen. We moeten het doen met tekstuele beschrijvingen als “loop door het veld en hou wat links aan”. Als dat maar goed komt. Het enige gps-punt dat we exact vinden, is het moment waar het pad overgaat in een ander pad richting eerste afdaling. Eén exact punt op een hike van twee uur, dat lijkt om moeilijkheden vragen in een gebied dat gewoon ofwel velden ofwel tropische begroeiing zijn. De totale duurtijd is berekend op ongeveer zeven uur. Veel verlopen lopen is uit den boze. Anders is het donker tegen dat we aan het eind van de canyon zijn. #hoofdlampnietvergeten is het devies.

De parkeerplaats vinden we makkelijk. De volgende twee uur is het een paar keer veld op, veld af, langs die kant van het bos, nee toch de andere kant. Is dit een wandelpad of gewoon een koeienpad? We moeten aan de overzijde van deze mini-canyon geraken om aan dat punt daar te geraken. Ik hoop dat we hierlangs kunnen. Uiteindelijk bereiken we ons enige bekende gps-punt. Daar moeten we ons nog een weg banen door de brousse. Een halfuur later vinden we de eerste afdaling in de canyon. Opnieuw is het een mooie, nauwe, aquatische, tropische, feeërieke canyon waar we helemaal alleen zijn. Wat een zaligheid. Ergens komen op een plek waar het zo mooi is, en waar niemand is, dat is toch één van de sterkste belevenissen die een outdoorsport je kan geven. Het resultaat van de moeite die je gedaan hebt om dit te kunnen voelen. De research, de fysieke activiteit, de beslissingen, de opleidingen… alles leidt tot het daar zijn en verwonderd zijn, tot genieten, tot vreugde. 

Intussen is het late namiddag en helaas vinden we niet de eerste uitgang van de canyon. We gaan door naar de tweede met het risico dat het én donker zal worden én als we die tweede ook missen we nog twee uur verder de canyon in moeten tot de grote rivier en dan nog eens twee uur wandelen terug naar de auto. De spanning stijgt dus een beetje. Na een uur begint het te schemeren en halen we onze hoofdlampen boven. Kort daarna vinden we gelukkig de tweede exit. Die is steil, maar er hangen hier en daar wat touwen en op twintig minuten zijn we boven. Het is stikdonker wanneer we terug bij onze auto komen. Wat een mooi avontuur.

Helikopter bellen of doorgaan?

We doen de komende dagen vergelijkbare canyons in vergelijkbare omstandigheden. De laatste die we plannen is de Alma. Die belooft ook mooi te worden. De hike erheen is zeer steil over een glad en smal paadje door de tropische jungle. Na twee uur zijn we op enkele tientallen meters van de ingang van de canyon als ik uitglijd en ik mijn knie geweldig voel draaien. Ik schreeuw het uit van de pijn. Eerst denk ik dat mijn knieschijf verplaatst is. Na de initiële pijn onderzoeken Greet en ik, die allebei een uitgebreid outdoor EHBO-diploma hebben, de knie. Geen dislocatie van de knieschijf. Kruisbanden? Pezen? Als die over zijn, is het misschien helikopter bellen (als we hier al bereik hebben én als er een heli is, tenminste). Na een coldpack en een kwartier rust test ik of m’n knie mijn gewicht kan dragen. Het doet pijn maar het lukt.

We beslissen om toch de canyon uit te doen. Eens in mijn wetsuit en in het water zal het door de drukkende steun van het neopreen en de koudere temperatuur van het water draaglijker zijn. We doen de canyon iets trager en voorzichtiger dan gewoonlijk. Ik haal het einde met een knie die ik amper nog kan plooien. Er staan nog drie dagen kitesurfles op het programma. Die moet Greet alleen doen. Ik zit op het strand met een boek, een fles wijn en een dikke knie. Later zal blijken dat er wat schade is aan m’n pezen en na een half jaar bij de kinesist ben ik klaar voor onze volgende trip: La Réunion.

Actiefste vulkaan op deze planeet

Ook La Réunion is slechts zeventig kilometer lang en vijftig kilometer breed en telt eveneens twee vulkanen. De inactieve vulkaan Piton des Neiges is met 3070 meter hoogte een indrukwekkende verschijning. In het oosten van het eiland vinden we echter de actiefste vulkaan van onze planeet: de Piton de la Fournaise. 2631 meter hoog, 153 uitbarstingen sinds 1640, waarvan de laatste in 2019. De lavavelden van deze vulkaan zijn indrukwekkend. Ze komen van de bergwand afgekropen en verdwijnen in de zee.

We doen een nachtelijke beklimming van deze vreemde geologische knobbel. Eerst moeten we een uurtje afdalen in de zone rond de krater. Dan hiken we een paar uur door stoffig en stenig lava. Om dan een paar uur terug te stijgen op de kraterrand zelf. We eindigen gelijk met de zonsopgang op de kraterrand. We kijken zowel in de krater als over het lavaveld dat honderden meters beneden ons in de zee rolt. Die zee ligt overigens zelf onder een mooi wolkendek en wordt langs zowat alle kanten door de zon beschenen. Na onze goede ervaringen met tropische canyons in Martinique verwachten we ons hier aan hetzelfde. Maar de canyons op La Réunion zijn nog van een hele andere orde. Wat een schoonheid, wat een unieke omgeving. Het eerste wat opvalt aan de canyons is hoe diep ze ingesleten zijn. Wanden van honderd meter hoog of meer zijn hier normaal. Beneden in het water kan je regelmatig beide wanden tegelijk aanraken, zo smal. Dat heeft ernstige gevolgen voor de risico’s. Een klein beetje regen kan snel levensgevaarlijk worden. We checken dus grondig alle info over waterstanden en regenvoorspellingen alvorens we een keuze maken. La Réunion heeft net als Martinique een levendige canyoningcommunity die veel info online zet. En hier hebben ze voor sommige canyons wél een gpx-route gemaakt. 

Verwonderd blijven

Op dag één zitten we al in een klassieker, de Trou Blanc, een mooie aquatische speeltuin. De dag erna steken we al door naar de hooglanden van het eiland waar we de Bras Noir meepikken, om dan via indrukwekkend kronkelende wegen aan de andere kant van de vulkanen uit te komen. Het zal ons de hele week blijven verwonderen; hoe steil alles hier is, hoe hoog en hoe nauw. Wil je leren haarspeldbochten nemen, kom dan naar La Réunion.  We wandelen naar de Trou d’Enfer, een kloof met een waterval van maar liefst driehonderd meter. Je kan die zelfs afdalen, maar dan ben je twee dagen onderweg. Daarvoor hebben we het materiaal niet bij.

Lava is scherp

Eén van de makkelijkst bereikbare watervallen aan deze kant van het eiland is de Grand Galet. Vlak langs de weg, dus veel toeristen. Maar wel een mooie canyon. We duiken er in en voor het eerst komen we een commercieel gegidste groep tegen, net bovenaan de mooie waterval. Zij gebruiken het makkelijk ankerpunt, dus het moeilijke blijft over voor ons. Greet installeert de eerste fractie, ik neem de tweede en laat Greet dan passeren tot halverwege de waterval waar ik haar vervoeg. Vandaar gooi ik nogmaals het zestig meter touw uit en we dalen af tot in het bassin beneden. Bij het inhalen van het touw is het direct duidelijk: ongeveer halverwege is het helemaal kapot geschuurd. Lava is dus zo scherp als een mes. Gelukkig is de langste afdaling nu achter ons en kunnen we verder met de rest van ons touw.  De volgende canyons moeten we dus kiezen in functie van onze nieuwe selectie touwen, en het zonder de zestig meter doen. Na een week knallen in canyons, hiken over vulkanen, slingeren door de haarspeldbochten en af toe een cocktail sluiten we af met een vlucht per helikopter over het eiland. Wat een prachtig zicht. Al die plaatsen waar we geweest zijn uit een heel ander perspectief. Het was een zeer aangename kennismaking met beide eilanden waar we nog lang niet op uitgespeeld zijn.

Tekst en foto’s: Jo Haegeman

https://www.johaegeman.photography